Gehoorgangverwijdings operatie (meatoplastiek en canaloplastiek)
Een meatoplastiek is een ingreep waarbij een te nauwe uitwendige gehoorgang ruimer wordt gemaakt. Een te nauwe gehoorgang kan namelijk aanleiding geven tot terugkerende gehoorgangontstekingen (otitis externa), gecompliceerde oorsmeer-ophopingen of de onmogelijkheid om een hoortoestel te dragen.
Behandeling
In het Deventer Ziekenhuis kan de meatoplastiek volgens Mirck of benige canaloplastiek worden uitgevoerd. De kan zowel onder algehele verdoving (narcose) als onder lokale verdoving plaatsvinden. Wanneer ook bot moet worden verwijderd (benige canaloplastiek) dan gebeurd dit in principe onder algehele narcose.
Operatie
Tijdens de operatie wordt er een snee gemaakt aan de rand van de gehoorgang. Het teveel aan huid, kraakbeen, bindweefsel, vet en eventueel bot wordt weggenomen. Bloedingen worden gestopt en de huid wordt vaak met oplosbare hechtingen gesloten. Bij uitgebreide gehoorgang ingrepen wordt ook een in antibiotica gedrenkt oplosbaar materiaal in het oor geplaatst.
Na de behandeling
Na de ingreep is de gehoorgang vaak afgesloten en zal men tijdelijk minder goed horen. Soms is de wond wat gevoelig en wordt pijnmedicatie gegeven. Een enkele keer sijpelt er na de ingreep nog een kleine hoeveelheid bloed naar buiten, dit stopt meestal spontaan en kan over het algemeen geen kwaad. Patiënten gaan in principe de dag van de ingreep weer naar huis. Het oplosbaar materiaal blijft 2 weken in de gehoorgang. Het gehoor is wat verminderd omdat de gehoorgang (tijdelijk) gevuld is.
Controle
De eerste controle is meestal 1 a 2 weken na de ingreep. Het oplosbare materiaal wordt dan uit de gehoorgang gehaald en soms vervangen. Het oor wordt er nog een periode gedruppeld met oordruppels en bij een uitgebreide ingreep komt de patiënt nog enkele keren vaker voor controle.