Speekselklieraandoeningen
Speekselklieraandoeningen kunnen op verschillende manieren ontstaan. Bijvoorbeeld door een ontsteking, een gezwel of speekselstenen. De behandeling van speekselklieraandoeningen hangt af van de specifieke aandoening en de ernst ervan. Dit kan onder meer het verwijderen van speekselstenen, het behandelen van ontstekingen met medicatie of een operatie om een gezwel te verwijderen.
Afdeling(en)
Welke speekselklieren zijn er in het hoofd halsgebied?
De oorspeekselklier bevindt zich in de buurt van het oor (zoals te zien is in de afbeelding). Deze klier maakt deel uit van een groep van vier grote speekselklieren. Naast de twee grote oorspeekselklieren hebben we ook twee onderkaakspeekselklieren en vele zeer kleine speekselkliertjes die zich dicht bij het slijmvlies van de mond- en keelholte bevinden. Alle speekselklieren samen zorgen voor de dagelijkse productie van speeksel. Speeksel speelt een belangrijke rol bij de eerste stappen van de spijsvertering en helpt om de slijmvliezen vochtig te houden. Via een buis die uitmondt in het slijmvlies van de wang, wordt het speeksel naar de mondholte geleid.
Het ontbreken van een (deel) van de oorspeekselklier heeft geen merkbare invloed op de productie van speeksel. Binnen de oorspeekselklier loopt een belangrijke zenuw genaamd de aangezichtszenuw (nervus facialis), die verantwoordelijk is voor gezichtsuitdrukkingen zoals lachen en huilen. Deze zenuw verdeelt de speekselklier in een oppervlakkig en dieper deel, respectievelijk aangeduid als het oppervlakkige en diepe gedeelte.
Meest voorkomende aandoeningen oorspeekselklier
Chronische ontsteking
In de klier zelf of in de afvoerbuis kunnen, hoewel uiterst zeldzaam, stenen voorkomen die de speekselafvoer belemmeren. Wanneer deze speekselstenen vast blijven zitten kan een chronische oorspeekselklierontsteking ontstaan. Ook zonder speekselstenen kan de oorspeekselklier chronisch ontstoken raken. Wanneer pijnklachten en de ontstekingen ernstige vormen aannemen, wordt de aangedane speekselklier verwijderd
Goedaardig en kwaadaardig gezwel
Een tumor (gezwel) in de oorspeekselklier kan worden opgemerkt doordat een bobbel onder een kaakrand ontstaat dan wel op de wang, vlak voor of vlak onder het oor. Over het algemeen geeft dit geen pijnklachten of uitval van de aangezichtszenuw. Tumoren in de parotis zijn vrij zeldzaam, 80% is goedaardig (een cyste, pleiomorf adenoom of Warthin tumor) terwijl 20% kwaadaardig is. Ook kunnen uitzaaiingen in de parotis voorkomen van huidtumoren (zoals melanomen en plaveiselcelcarcinomen) elders. Bij de KNO in het Deventer ziekenhuis behandelen wij alleen de goedaardige gezwellen. Indien voor de ingreep wordt vastgesteld dat er sprake is van een kwaadaardig gezwel wordt u doorverwezen naar een academisch hoofd hals oncologie centrum.
Meest voorkomende aandoeningen onderkaakspeekselklieren
Ontsteking
Soms kunnen er in de speekselklier of in de buis onder de tong naar de mond stenen voorkomen die de afvloed van speeksel belemmeren. Als deze speekselstenen lange tijd vastzitten, kan dit leiden tot een langdurige ontsteking van de onderkaakspeekselklier. Als het verwijderen van de steen uit de buis geen verbetering brengt in de ontsteking en de klachten, kan besloten worden om de speekselklier te verwijderen. Ook zonder speekselstenen kan de klier chronisch ontstoken raken. Als de ontstekingen vaak terugkeren en ernstige pijnklachten veroorzaken, kan besloten worden om de aangetaste onderkaakspeekselklier te verwijderen.
Goedaardig en kwaadaardig gezwel
Goedaardige en kwaadaardige gezwellen
Een gezwel in de onderkaakspeekselklier kan zich manifesteren als een knobbel onder de kaakrand. In ongeveer de helft van de gevallen is zo'n gezwel goedaardig (bijvoorbeeld een cyste, pleiomorf adenoom of Warthin-tumor) en gaat meestal niet gepaard met pijnklachten.
Ongeveer de helft van deze gezwellen in de onderkaakspeekselklier is echter kwaadaardig. Het onderscheid tussen een goedaardig en kwaadaardig gezwel kan meestal niet worden gemaakt op basis van de symptomen, daarom is verder onderzoek nodig. Als de KNO-arts vermoedt dat het gezwel kwaadaardig is, wordt u doorverwezen naar een gespecialiseerd centrum voor hoofd-halsoncologie.
Onderzoek en behandeling
Voor de operatie is de exacte aard van een gezwel in de oorspeekselklier of onderkaakspeekselklier niet altijd duidelijk. Naast gerichte vragen en lichamelijk onderzoek is verder onderzoek nodig in de vorm van een punctie. De arts prikt het gezwel aan met een dunne naald, eventueel onder begeleiding van een echo als het gezwel niet goed voelbaar is. Hierbij worden enkele cellen uit het gezwel gehaald en microscopisch onderzocht. Op basis van dit onderzoek kan de KNO-arts een voorzichtige uitspraak doen over de aard van de aandoening. Definitieve uitspraken zijn pas mogelijk na onderzoek van de afwijking in de speekselklier zelf.
Omdat de aangezichtszenuw door de oorspeekselklier loopt, brengt het wegnemen van weefsel onder lokale of algehele verdoving een risico op beschadiging met zich mee. Daarom wordt bijna altijd besloten om een deel van de klier te verwijderen (parotidectomie) onder algehele narcose. Voor de operatie wordt er meestal een MRI scan gemaakt zodat we meer informatie hebben over de exacte ligging van de tumor en de relatie met omliggende structuren.