Nefrotisch syndroom
Het nefrotisch syndroom is een naam voor een aantal symptomen die veroorzaakt worden door eiwitverlies in de urine. Het is vrij zeldzaam. Verschillende ziekten kunnen dezelfde symptomen geven.
Afdeling(en)
Oorzaken en klachten
Een nefrotisch syndroom kan enorm veel verschillende klachten geven, maar ook veel verschillende oorzaken hebben. We zetten de meest voorkomende oorzaken en klachten op een rij.
Symptomen
Het lichaam houdt vocht vast, dit uit zich in dikke oogleden, dikke voeten en soms ook dikke benen, armen en buik. Je kan er putjes in drukken. Via de urine wordt eiwit uitgeplast, hierdoor gaat de urine schuimen als een glas bier. Soms zijn ook vetbolletjes in de urine zichtbaar. De bloeddruk kan te hoog worden, dit geeft geen klachten. Bij onderzoek van bloed en urine blijkt er teveel eiwit in de urine, te weinig eiwit (albumine) in het bloed en vaak een te hoog cholesterolgehalte.
Complicaties
Door verlies van eiwit wordt het lichaam gevoeliger voor infecties, de kans op thrombose neemt toe. Door het verhoogde cholesterolgehalte is er een vergrote kans op hart- en vaatziekten. De voedingstoestand gaat achteruit door verlies van voedingsstoffen en soms ook door verminderde eetlust.
De werking van de nieren kan achteruitgaan waardoor de patiënt klachten kan krijgen van chronische nierinsufficientie. Meestal gaat de nierfunctie heel langzaam achteruit. Soms is dit met medicijnen te stoppen. Als dit niet lukt, is de schade meestal blijvend en en kan de patiënt uiteindelijk aan de dialyse raken. Een enkele keer gaat de nierfunctie heel snel achteruit. De kans op herstel is dan vaak juist groter dan als het langzaam gaat.
Oorzaken
Er zijn verschillende ziektes die allemaal dezelfde verschijnselen van het nefrotisch syndroom kunnen geven. Er kan sprake zijn van een nierfilterontsteking (glomerulonefritis), waarvan verschillende zijn met vaak moeilijke namen (minimal change nefropathie, focale segmentale glomerulosclerose, membraneuze glomerulopathie, etc). Het kan ook voorkomen bij ziektes zoals diabetes mellitus en SLE.
Om de oorzaak van het nefrotisch syndroom te achterhalen, wordt eerst bloed- en urineonderzoek gedaan. Meestal is het vervolgens nodig om een nierbiopsie te doen. Bij dit onderzoek wordt onder plaatselijke verdoving met een naald een klein stukje nierweefsel uit het lichaam gehaald. Dit nierweefsel kan vervolgens onder de microscoop worden bekeken. De uitslag van het nierbiopt is meestal na enkele dagen bekend.
Behandelplan
De behandeling bestaat uit dieet en medicijnen. Het dieet bestaat uit zout- en eiwitbeperking. Zout houdt vocht vast en door zoutbeperking wordt het oedeem minder en de bloeddruk lager. Omdat er eiwit verloren gaat via de urine zou men kunnen denken dat extra eiwit in de voeding nodig is. Dit blijkt echter niet het geval: extra eiwit leidt tot extra eiwitverlies waardoor de nieren uiteindelijk harder slijten.
Medicijnen
- Plastabletten
Deze zijn nodig om het overtollige vocht af te drijven. Ze helpen verder om de bloeddruk laag te houden. - Bloeddruktabletten
Hoge bloeddruk is slecht voor de nier en zeker voor een zieke nier. Door de bloedduktableten wordt ook het eiwitverlies verminderd. Bepaalde bloeddruktabletten doen dit beter dan andere. Meestal wordt gestart met een "ACE-remmer" (de naam eindigt dan op -pril) of een "ARB" (de naam eindigt dan op -sartan). Vaak wordt een combinatie van bloeddruktabletten gegeven. Hoe lager de bloeddruk, hoe beter. De bloeddruk is te laag als er klachten van flauwvallen of duizeligheid ontstaan. Als streefwaarde wordt meestal aangehouden een bloeddruk kleiner dan 125/70. - Cholesterol tabletten
Deze zijn meestal nodig vanwege het verhoogde cholesterol. De naam van deze tabletten eindigt op -statine. - Bloedverdunners (antistolling)
Bloedverdunners worden soms gegeven als er sprake is van een heel erg laag eiwit gehalte in het bloed. De kans op trombose is dan hoger dan de kans op bloeding (de belangrijkste bijwerking van bloedverdunners).
Zwaardere medicatie
Bovenstaande is de basisbehandeling die eigenlijk bij elke oorzaak van nefrotisch syndroom wordt gegeven. Afhankelijk van de uitslag van de nierbiopsie kan hiernaast een behandeling worden gegeven met zwaardere medicijnen. Deze hebben meer bijwerkingen. Het meest gegeven middel is Prednison.vBij kinderen wordt meestal direct Prednison gegeven en pas een nierbiopsie gedaan als dit niet werkt. Dit is omdat bij kinderen het nefrotisch syndroom bijna altijd snel op Prednison reageert.
Vooruitzicht
De vooruitzichten zijn verschillend bij verschillende oorzaken. Soms verdwijnt het nefrotischsyndroom na enige tijd vanzelf weer, soms wordt de werking van de nieren in de loop van de tijd steeds slechter en kan de patiënt door de nierziekte aan de dialyse raken. Het kan ook zo zijn dat de ziekte jarenlang een beetje suddert waarbij de nierwerking niet veel slechter wordt, maar de symptomen ook niet minder.
Meer informatie