Knieklachten
Knieklachten komen veel voor. Dit komt omdat de knie ons gewicht draagt bij het lopen én omdat het een scharniergewricht is met bewegende onderdelen (de binnen- en buiten-meniscus).
Op jonge leeftijd komt meniscus- en (kruis)band letsel vaak voor. Op oudere leeftijd is slijtage veelal de oorzaak van de klachten. Met name door de pijn bij het lopen zijn knieklachten erg invaliderend.
Afdeling(en)
De knie
De knie is een van de belangrijkste gewrichten in het lichaam. Om goed te kunnen lopen moeten de knieën soepel bewegen. Het kniegewricht verbindt het boven- en onderbeen en zorgt voor deze soepele beweging. Het kniegewricht bestaat uit twee botten die precies op elkaar passen: het scheenbeen en het dijbeen. Om de uiteinden van de botten zit een laag kraakbeen. Daardoor beweegt de knie soepel en glad. Deze kraakbeenlaag is elastisch en vangt schokken en stoten op.
Een stevig omhulsel ('kapsel') houdt de botdelen van het kniegewricht op hun plaats. Daaromheen zitten de kniebanden en de pezen en spieren die de knie besturen.
De knie is ook een kwetsbare plek. Als uw knie pijn doet of stijf is, kunt u naar uw huisarts gaan. De meeste knieproblemen zijn goed te behandelen. Vaak helpen fysiotherapie, pijnstillers of een wandelstok. Helpt dat niet, dan verwijst uw huisarts u naar een orthopedisch chirurg. Deze specialist doet een kijkoperatie (artroscopie) of laat röntgenfoto's maken om de oorzaak van de pijn te vinden. De oorzaak is vaak slijtage (artrose) of reuma.
De orthopedisch chirurg kan verschillende operaties doen. Bijvoorbeeld een standcorrectie van een versleten knie of een kruisbandreconstructie. Als het nodig is kunt u een knieprothese (een kunstknie) krijgen. Daarmee kunt u weer lopen, fietsen en traplopen zonder moeite en pijn.
Meniscusletsel, voetbalknie
Bij meniscusletsel is er sprake van een scheur in de binnen- of buitenmeniscus. Een voetbalknie is een scheur in de binnen- of buitenmeniscus. Deze binnen- en buitenmeniscus maken onderdeel uit van de knie. (zie ook knieklachten). Een voetbalknie kan worden veroorzaakt door een draailetsel bij een gebogen knie terwijl het onderbeen het gewicht draagt. Vaak herinnert de patiënt zich dit niet.
Door langzame slijtage en vermindering van de elasticiteit van de meniscus, kan op oudere leeftijd - zelfs zonder voorafgaand draailetsel van de knie - ook een scheur in de meniscus ontstaan.
Meer informatie
Kruisbandletsel
Eén van de meest voorkomende knieblessures is een gescheurde voorste kruisband. De voorste kruisband ligt midden in het kniegewricht en voorkomt dat het onderbeen tijdens lopen en draaibewegingen naar voren schiet. De band kan scheuren bij sporten of een ongeluk. Dit wordt vaak ervaren als een knap, waarbij men door de knie kan gaan.
Omdat sporten in toenemende mate een onderdeel van het leven uitmaakt, is het aantal voorste kruisbandletsels de laatste jaren fors toegenomen.
Meer informatie
Slijtage (artrose) van de knie
Om goed te kunnen lopen, zijn soepel bewegende knieën nodig. Het kniegewricht verbindt het boven- en onderbeen met elkaar en zorgt voor deze soepele beweging. Het kniegewricht bestaat uit 2 botdelen die precies op elkaar passen: het scheenbeen en het dijbeen. De uiteinden daarvan zijn bedekt met een laag kraakbeen, zodat de knie soepel en glad scharniert. Deze kraakbeenlaag is elastisch en vangt schokken en stoten op. Een stevig omhulsel (kapsel) houdt de botdelen van het kniegewricht op hun plaats. Daaromheen zitten de kniebanden, pezen en spieren. De spieren zetten het gewricht in beweging.
Slijtage (artrose) van de knie
Er wordt gesproken van slijtage als het kraakbeen is aangetast en het bewegen pijn doet. Bij de meeste vormen van slijtage is niet bekend wat precies de oorzaak is. Het komt in ieder geval niet door veel en hard werken. Soms is de oorzaak een reumatische ontsteking van het gewricht. De orthopedisch chirurg is de kniespecialist bij uitstek. Met lichamelijk onderzoek en röntgenfoto`s kan de orthopedisch chirurg vaststellen of er beschadigingen zijn. Vooral bij artrose (gewrichtsslijtage) en afwijkingen door reuma kan de beschadiging aan het kniegewricht zo ernstig zijn dat alleen een knieprothese een oplossing biedt.
Klachten
Uw knie kan beschadigen door overbelasting, een verkeerde beweging, een ongeval of een sportblessure. Vooral het kraakbeen is kwetsbaar. Ook bij normaal gebruik kan de knie slijten als u ouder wordt. De kraakbeenlaag wordt dan steeds dunner en kan zelfs helemaal verdwijnen. Is het kraakbeen helemaal weggesleten, dan is er sprake van artrose. Als reactie op de slijtage van het kraakbeen vormt zich nieuw bot langs de randen van het kniegewricht, zodat knobbels op de gewrichten ontstaan. Die knobbels en de aangetaste kraakbeenlaag verhinderen een soepele beweging en veroorzaken pijn. De gewrichtsvlakken kunnen niet meer soepel langs elkaar glijden. Het buigen en strekken van de knie wordt steeds pijnlijker en moeilijker.
Kraakbeenschade
Kraakbeen kan ook worden aangetast door een gewrichtsontsteking of slijtage. Dit geeft pijn, stijfheid en vochtophoping in de knie en er zal steeds meer kraakbeen verdwijnen. Op den duur kan dit de bewegingsvrijheid ernstig belemmeren. Als het kraakbeen verdwijnt, kunnen uw benen scheef gaan staan. Zo ontstaat een o-been als het kraakbeen aan de binnenkant van de knie is verdwenen. Verdwijnt het kraakbeen eenmaal, dan wordt ook het kapsel aangetast dat de botdelen bij elkaar moet houden. De knie wordt slapper en gaat zwikken. Het is steeds moeilijker om in evenwicht te blijven en uiteindelijk is het nauwelijks meer mogelijk om te lopen.
Meer informatie
Slijtage (artrose) van de knieschijf
Slijtage van het gewricht tussen de knieschijf (patella) en de glijgoot in het bovenbeen (trochlea) wordt knieschijfartrose of patellofemorale artrose genoemd. Meestal is knieschijf artrose een onderdeel van gegeneraliseerde artrose van het kniegewricht. Veel minder vaak wordt geïsoleerde patellofemorale artrose gezien.
Geïsoleerde patelloformale artrose
Er zijn drie groepen van oorzaken van geïsoleerde patellofemorale artrose:
- Posttraumatische artrose als (laat) gevolg van een botbreuk of kraakbeenbeschadiging ten gevolge van een ongeval;
- Slijtage bij instabiliteit van de knieschijf (afwijkende sporing van de knieschijf, of een knieschijf die regelmatig bijna, of helemaal uit de kom gaat);
- Knieschijfartrose als de oorzaak niet bekend is.
Klachten
Het belangrijkste kenmerk is pijn aan de voorzijde van de knie welke toeneemt bij opkomen uit een stoel, knielen, op de hurken zitten en bij langdurig met gebogen knieën zitten ('theaterfenomeen´). Traplopen is pijnlijk, vooral de trap af lopen. De loopafstand is bij patiënten met uitsluitend patellofemorale artrose weinig verminderd in tegenstelling tot bij artrose van het gewricht tussen boven- en onderbeen, omdat de krachten op het knieschijf gewricht tijdens lopen op vlak terrein beperkt zijn.
Onderzoeken
Bij het lichamelijk onderzoek worden de stand van het been, de spierconditie van het bovenbeen en de sporing van de patella beoordeeld. Pijnklachten bij onderzoek van het gewricht tussen boven- en onderbeen kunnen wijzen op een andere oorzaak van de klachten, zoals meer gegeneraliseerde artrose van het kniegewricht of een meniscusprobleem.
Röntgenfoto's van de knie zijn vaak voldoende om de diagnose te bevestigen. Om zeker te weten dat de artrose alleen in het knieschijf gewricht zit, wordt aanvullend een botscan of MRI aangevraagd.